Waarom Surinaamse Nederlanders liever niet in Spanje moeten wonen

schiphol airport spanje suriname

Je hoort en leest steeds vaker dat Nederlanders van Surinaamse origine dromen van een leven in Spanje.

Niet terug naar Suriname, maar wél beter weer, rust en op het eerste gezicht minder regeltjes. Eigenlijk een soort middenweg tussen Suriname en Nederland.

Maar wat weinig mensen zeggen, is dat die droom voor sommigen toch net iets anders uitpakt.

Ik ken persoonlijk meerdere Surinaamse Nederlanders die daar nu wonen. Er is namelijk ook een kant die bijna nooit besproken wordt.

In Spanje word je als persoon van kleur zelden gezien als Nederlander.

Een Hindoestaanse, Javaanse of Creoolse Surinamer? Die valt daar niet onder de noemer “Europeaan”, maar wordt sneller gelinkt aan migranten uit Afrika of India. En daar kleven vooroordelen aan.

In Nederland zijn Surinamers goed geïntegreerd en bekend in de samenleving. Als je ABN praat en je zaken op orde hebt, word je meestal als gelijke behandeld.

In Spanje is dat echter minder vaak het geval. Daar kijkt men eerst naar je uiterlijk en dan pas naar je paspoort. Spanjaarden zijn nu eenmaal minder gewend aan immigranten van buiten Latijns-Amerika.

Dat verschil in behandeling is echt. Ik hoorde verhalen van mensen die ineens voor hun gevoel met minder respect werden benaderd.

Of die zich moesten bewijzen, alleen omdat ze er niet “Nederlands” uitzagen. Zelfs bekende voetballers van kleur worden daar tijdens wedstrijden uitgescholden.

Dus ja, Spanje heeft z’n charme. Maar voor Surinaamse Nederlanders van kleur zit er ook een keerzijde aan die zon. En daar moet je eerlijk over durven zijn, voordat je zomaar de koffers pakt.

Foto ter illustratie.