VIDS aan president: Onze mensen willen daden zien en beloftes moeten worden nagekomen

inheemsen indianen grondenrechten mensenrechten

GFC NIEUWSREDACTIE- “We zijn ingegaan op de uitnodiging, hoewel we ons afvroegen of het wel zin heeft om te komen. Onze mensen willen daden zien en beloftes moeten worden nagekomen. Ze zeggen dat er alleen mooie praatjes gehouden worden, maar we zien geen veranderingen.”

Dat heeft de delegatie van de Vereniging van Dorpshoofden in Suriname (VIDS) onder leiding van voorzitter Muriël Fernandes gezegd tegen president Chandrikapersad Santokhi bij het onlangs gehouden vooroverleg met het staatshoofd om een agenda voor een nationale dialoog op te stellen.

Het traditioneel gezag van de Inheemse volken wees Santokhi tijdens een openhartig maar constructief overleg erop dat VIDS desondanks open blijft staan voor dialoog. “We moeten blijven proberen en doorpraten, totdat we zien dat we niet verder komen met dialoog. Voor velen is die drempel al bereikt, maar wij hebben nog hoop en geduld.”

Santokhi heeft in reactie op de kritische opmerkingen diverse toezeggingen gedaan voor betere participatie.

VIDS vraagt zich af hoe de regering zal garanderen dat ze zich aan haar beloftes houdt, vooral verkiezingsbeloftes. Het volk voelt zich volgens het traditioneel orgaan voor de zoveelste keer voor de gek gehouden. “Als er geen geloof meer is in de regering komt het doordat de regering zich niet aan haar beloftes houdt”, benadrukte VIDS.

De grootste toezegging die nog steeds niet is nagekomen is die van de grondenrechten en de uitvoering van het Kaliña & Lokono vonnis. Dat zou een jaar na het aantreden van de regering zijn gerealiseerd.

In plaats daarvan ziet VIDS een Wet Grondconversie, die prioriteit krijgt. Ook eist het traditioneel orgaan dat de recente amendementen op de conceptwet Collectieve Rechten worden geschrapt, en verder de intrekking van grondbeschikkingen in Hollandse Kamp en andere dorpen. De president vroeg VIDS om het commentaar over de amendementen spoedig naar hem toe te sturen.

Er schijnt nooit prioriteit te zijn voor de Inheemse dorpen. “Er is geld voor bruggen, voor allerlei grote projecten, voor buitenlandse reizen, voor auto’s voor de overheid. Maar er is geen geld voor scholen en poliklinieken en schoon drinkwater, elektriciteit en goede transportmogelijkheden voor onze dorpen”, aldus VIDS tijdens het gesprek. Santokhi beaamde dat de regering een specifiek programma moet hebben voor Inheemsen.

Het traditioneel orgaan pleit ervoor dat de nationale agenda garandeert dat Inheemse volken niet voor de zoveelste keer slachtoffers worden van wat men “ontwikkeling” noemt.

“We zien dat men hoop heeft op de olie- en gasindustrie maar voor ons betekent dat een bedreiging, op dit moment. Meer investeerders en nog grotere druk op natuurlijke hulpbronnen die in onze gebieden voorkomen. We zullen te maken krijgen met meer leegroven van de visgronden, bijvoorbeeld voor de kust van Galibi en meer concurrentie van stedelijke producenten en buitenlandse producten die voorheen door onze dorpen werden geproduceerd.”

Verder heeft VIDS kritiek op het IMF-en regeringsherstelprogramma. Bijna alle maatregelen die de regering neemt, lijken alleen bestemd te zijn voor de stad, zoals moni karta, belastingaftrek en minimumloon. Voor de mensen in de dorpen maakt dat geen verschil.

“Wij zijn geen loontrekkers bij de overheid. Wat voor ons het zwaarste telt, zijn de transportkosten en de mogelijkheden om zelf op concurrerende manier te kunnen produceren. Dat moet doelgericht aangepakt worden”, zei VIDS.

Het staatshoofd gaf aan dat deze week het pakkettensysteem weer geïntroduceerd zal worden, waarbij lokale producten ook in de pakketten worden opgenomen. Hij ziet graag dat sociaalmaatschappelijke organisaties de distributie doen. Er wordt volgens het staatshoofd ook gestreefd naar vervanging van import door lokale producten.

Ook de sociale uitkeringen zijn voor de mensen bijna geen verlichting, vooral in de verre dorpen, waar er maar één keer per jaar achteraf kinderbijslag en AOV wordt uitbetaald, wanneer het geld al geen waarde meer heeft. Online banking is buiten bereik voor velen, inclusief vanwege niet beschikbaar of onbetaalbaar zijn van het internet, aldus de VIDS-delegatie tijdens het gesprek.

De regering heeft verschillende mogelijkheden geïntroduceerd om bijvoorbeeld ondernemerschap te stimuleren zoals zachte leningen, maar praktisch zijn deze alleen toegankelijk voor stedelijke mensen die de nodige randvoorwaarden zoals een bankrekening of een coöperatie of stichting hebben.

Door de achterstand in onderwijs en andere achterstanden kennen de mensen van de dorpen de wegen niet. Ze weten vaak niet eens wat de mogelijkheden zijn, want er is geen communicatie naar de dorpen toe over dergelijke zaken. “Op die manier blijven we maar achter. Het garanderen van goede informatie en gelijke kansen voor onze dorpen bij al dit soort fondsen en faciliteiten, moet dus ook worden opgenomen in de nationale agenda.”

Veiligheid is ook voor de dorpen een grote issue. Veel dorpen liggen dichtbij goudvelden of transportwegen naar die goudvelden, inclusief waterwegen. Hoewel deze gemeenschappen niet aan goudwinning doen, worden ze wel degelijk het slachtoffer daarvan. Criminaliteit, drugs en prostitutie in de gebieden zijn grote bedreigingen.

Daarnaast vindt VIDS de ingestelde Presidentiële Werkgroep om te werken aan de resoluties van de Achtste VIDS-Conferentie een mooi en goed initiatief, maar het is slechts voor één jaar ingesteld en alleen maar om beleidsplannen te maken. “Groot kans dat die beleidsplannen daarna in een lade verdwijnen bij de volgende regering die straks komt”, zei VIDS.

Volgens Santokhi kan de Presidentiële Werkgroep echter wel verlengd worden en eventueel zelfs een permanent orgaan worden, als het inderdaad resultaten blijkt op te leveren.

Eveneens deed het traditioneel orgaan een dringend beroep op de regering om de lijnvluchten naar de zuidelijke dorpen te hervatten aangezien de gemeenschappen geïsoleerd zijn. Ook een onderzoek naar de bodemgesteldheid van de dorpen Sipaliwini, Amotopo en Coeroeni, waar er momenteel weer een voedseltekort heerst.

Verlenging van BaZo-kaarten is een must vanwege de hoge kosten bij de ziekenhuisopname en betaling van medicijnen. Ook blijkt dat er bij het LISP-3 huizenbouwprogramma geen inheemse dorpen zijn opgenomen.

Santokhi heeft in reactie daarop aangeboden dat VIDS een voordracht mag doen voor één persoon om ook in het landelijk programma te worden opgenomen”.

Hij deelde mee dat Bazo-kaarten verlengd zullen worden tot 2026. “Als jullie kunnen helpen met registratie van personen die nog niet zijn geholpen, kan dat bespoedigd worden voor langere periode en dat over de verkiezingen heen”, zei Santokhi. Er zal ook contact worden gelegd met de minister van Sociale Zaken.