Tigri-kwestie – Aan welke kant staat president Santokhi?

chan en irfan ali suriname en guyana

Volgens president Irfaan Ali van Guyana is de verbetering van de luchtstrip bij Camp Jaguar bedoeld om de humanitaire toegang tot de afgelegen gemeenschappen te verbeteren.

Maar in Suriname zijn de alarmbellen afgegaan. Het Tigri-gebied, dat al jaren een twistpunt is, wordt door Suriname geclaimd als een integraal deel van zijn grondgebied.

Hoewel Ali benadrukt dat de intenties niet militair zijn, is het logisch dat elke activiteit in het gebied wantrouwen oproept.

De reactie van Suriname: diplomatie of zwakte?

Minister Albert Ramdin heeft snel gehandeld door de Guyaanse ambassadeur te ontbieden voor overleg. Toch blijft de communicatie vanuit het Surinaamse leiderschap op dit dossier opvallend voorzichtig.

Waar is de krachtige verdediging van het Surinaamse standpunt? President Chan Santokhi lijkt de situatie vooral te willen sussen, maar wekt daarmee de indruk dat hij zwicht voor de narratief van Guyana.

De New River Triangle is meer dan een afgelegen gebied. Het vertegenwoordigt nationale soevereiniteit en trots.

Guyana’s toenemende betrokkenheid in het gebied, onder het mom van humanitaire hulp, kan door Suriname worden gezien als een subtiele vorm van gebiedsuitbreiding.

Elk project dat infrastructuur verbetert in een betwist gebied, versterkt de controle van de actieve partij en bemoeilijkt toekomstige onderhandelingen.

De verklaring van president Ali dat hij deze plannen persoonlijk met Santokhi heeft besproken, roept vragen op. Heeft Santokhi zijn instemming gegeven, of blijft hij passief terwijl Surinaamse soevereiniteit verder wordt uitgehold?

Zijn stilzwijgen over deze kwestie geeft weinig vertrouwen aan het Surinaamse volk dat verwacht dat hun leider met kracht en vastberadenheid de nationale belangen verdedigt.

De Tigri-kwestie is niet louter een grensconflict; het is een testcase voor Suriname’s vermogen om zijn soevereiniteit te beschermen.

Santokhi moet kleur bekennen en duidelijk maken dat Suriname zijn aanspraken op het gebied niet opgeeft. Diplomatie kan worden ingezet, maar niet ten koste van nationale trots en integriteit.

H. Smeltz