Surinamers verwachten bezoek van Nederlandse familie maar waarom zou het omgekeerd niet kunnen?

suriname zanderij paramaribo JAP airport luchthaven

In Suriname hoor ik vrienden en kennissen regelmatig over hun familie in Nederland praten. Ze verwachten dat hun Nederlandse familie hen komt opzoeken, en wanneer het afscheid nadert, klinkt het steevast: “Ik kan niet wachten totdat je weer komt.”

Het verwachtingspatroon dat hun familie wel op bezoek zal blijven komen, lijkt vanzelfsprekend. Maar waarom zou het niet andersom kunnen?

Wat opvalt, is dat veel Surinamers nauwelijks uit hun eigen bubbel komen en vaak zelden een reis maken, zelfs als dat wel mogelijk zou zijn.

Dit zijn dikwijls mensen met de Nederlandse nationaliteit die dagelijks bij Choi’s winkelen en maandelijks honderden Amerikaanse dollars kunnen ophoesten voor de financiering van een SUV, maar toch het idee hebben dat een retourticket naar Nederland onbereikbaar is.

Daarnaast kunnen familieleden zonder Nederlands paspoort eenvoudig worden gesponsord voor een Schengenvisum.

Met een vaste baan en duidelijke redenen om terug te keren naar Suriname, is de kans op goedkeuring groot. Dit maakt het bezoeken van Nederland toegankelijker dan velen denken.

Natuurlijk, er zijn redenen om het bij het oude te laten. Het bezoeken van Suriname is voor Nederlanders vaak een combinatie van vakantie en familiebezoek, iets waar veel mensen elk jaar naar uitkijken. Suriname biedt een warmte die velen waarderen.

Aan de andere kant is het ook voor Surinamers verrijkend om Nederland te bezoeken: het land en de familiebanden op een nieuwe manier te ervaren.

Zo wordt een wederzijdse traditie geboren, waarbij familiebanden niet eenzijdig blijven maar juist sterker worden door wederzijds begrip en bezoek. Laten we het verwachtingspatroon doorbreken – bezoek werkt immers twee kanten op.