Surinaamse arbeiders worden zwaar getroffen door ongekende brandstofprijzen

tanken pompstation

OPINIE – Sinds 2022 is de Surinaamse arbeidersklasse geconfronteerd met een ongekende crisis, waarbij ze steeds meer moeite heeft om de basisbehoeften te vervullen.

De benzineprijzen zijn geëxplodeerd, met een schrikbarende stijging van SRD 7 naar bijna SRD 50 per liter. Dit heeft een verwoestend domino-effect gehad op de algehele economie, waardoor de kosten van levensonderhoud onbetaalbaar zijn geworden.

Deze onhoudbare stijging van brandstofprijzen heeft de mobiliteit van de arbeiders ernstig beperkt. Velen kunnen het zich simpelweg niet meer veroorloven om naar hun werk te rijden.

Degenen die dat wel doen, worden geconfronteerd met aanzienlijke financiële lasten, die ten koste gaan van hun al schamele inkomens. Bovendien hebben de gestegen transportkosten geleid tot een verhoging van de prijzen in winkels, waardoor de arbeidersklasse nog verder wordt uitgeknepen.

Deze situatie is een schrijnende weerspiegeling van de sociale ongelijkheid in Suriname. Terwijl de prijzen blijven stijgen, blijven de lonen van de arbeiders achter. Hierdoor worden velen gedwongen om te bezuinigen op essentiële zaken zoals voedsel, gezondheidszorg en onderwijs.

De regering moet dringend maatregelen nemen om deze crisis aan te pakken, zoals het herzien van de belastingen op brandstof en het ondersteunen van programma’s die de kwetsbare bevolkingsgroepen helpen.

Het is van vitaal belang dat er onmiddellijke actie wordt ondernomen om de Surinaamse arbeidersklasse te beschermen tegen deze ondraaglijke last. Anders dreigt het land een humanitaire crisis van enorme omvang te ervaren, met verstrekkende gevolgen voor de toekomst van het hele land.

Een bezorgde burger

DISCLAIMER: Publicatie van opiniestukken houdt niet in dat GFC het eens is met de inhoud