Ricky Stutgard heeft aangekondigd niet deel te nemen aan de discussie over “Een vrouw voor president.” Hij legt zijn standpunt uit door te wijzen op de prestaties van eerdere vrouwelijke politici in Suriname.
“Marijke Djwalapersad (1996-2000) en Jennifer Simons (2010-2020) hebben in De Nationale Assemblee (DNA) bewezen dat ze hun mannetjes flink aankonden,” zegt hij.
Stutgard merkt op dat De Nationale Assemblee in de periode van 2010-2015 zelfs werd geleid door twee vrouwen, die bovendien politieke tegenstanders van elkaar waren.
“In mijn 35 jaren op Adek bestond 70 tot 80% van mijn collega’s uit vrouwen,” geeft hij aan. “Het werk werd gedaan zoals het verricht moest worden.”
Hij stelt echter dat tijdens de discussie “het vrouw zijn” vaak belangrijker wordt dan hun bekwaamheid. “Daar gaat het mis,” aldus Stutgard.
“Ministers als Vorstwijk, Pané en Kuldipsingh zijn ook vrouwen, maar alles wat uit hun mond komt, is gebakken lucht.”
Stutgard wijst erop dat de Surinaamse bevolking haar president niet rechtstreeks kiest, maar dat het De Nationale Assemblee is die deze beslissing neemt.
“Voor de verkiezingen kunnen politieke partijen een vrouw naar voren schuiven, maar zodra de stemmen geteld zijn, wordt er vaak voor een man gekozen.”
In plaats van zich te richten op de genderdiscussie pleit Stutgard ervoor om jongeren te onderwijzen over het belang van onderwijs, bekwaamheid en integriteit.
Hij is ervan overtuigd dat Suriname in de toekomst zeker vrouwen als presidenten zal krijgen. “Het is een proces dat misschien vertraagd kan worden, maar niet gestopt zal worden.”
S. King maakt deel uit van het freelance redactieteam van GFC Nieuws.
Voor contact: info@gfcnieuws.com