De rechterlijke uitspraak in hoger beroep, waarin de politieke organisatie De Nieuwe Leeuw (DNL) alsnog van deelname aan de verkiezingen van RR-leden voor het ressort Nieuwe Grond wordt uitgesloten, vormt een gevaarlijk precedent, laat DNL-voorzitter Dharm Mungra in een opiniestuk aan GFC Nieuws weten.
Het Hof erkent expliciet dat DNL haar kandidatenlijst correct heeft ingediend, maar oordeelt dat deze gerechtigheid moet wijken voor het zogenaamde “algemeen belang” van het verkiezingsproces.
Zo wordt volgens Mungra de democratie niet beschermd, maar opzijgezet. Hieronder volgt zijn volledige kijk op de gang van zaken:
De president stelde dat uitvoering van het eerdere vonnis in eerste aanleg tot onrust zou kunnen leiden, mogelijk zelfs een noodtoestand, economische en ernstige sociale gevolgen, zelfs voor de democratie.
Op basis van deze dramatische en zeer irreële bewering oordeelde het Hof dat het belang van ordentelijke verkiezingen zwaarder weegt dan het fundamentele recht van DNL op deelname.
Maar dit is een absurde en volstrekt ongeloofwaardige overdrijving van de werkelijkheid.
In de gehele geschiedenis van verkiezingen in Suriname is nimmer sprake geweest van chaos of geweld als gevolg van rechterlijke uitspraken.
Tot op heden – vier weken voor de verkiezingen – is er geen enkel signaal van maatschappelijke onrust.
Campagnes verlopen rustig, ordelijk en zonder incidenten. De bewering dat uitvoering van het vonnis tot ontwrichting zou leiden, is dan ook een vergezochte drogreden.
Sterker nog: deze uitspraak is een klap in het gezicht van alle burgers die geloven in eerlijke verkiezingen.
Het Hof ondermijnt haar eigen gezag door enerzijds te erkennen dat DNL gelijk heeft, maar anderzijds te weigeren daar rechtsgevolg aan te verbinden.
Daarmee maakt zij van het recht een instrument van politieke timing in plaats van een bescherming tegen onrecht.
Wat het geheel des te zorgwekkender maakt, is dat uit het vonnis blijkt dat de overwegingen van het Hof deels zijn ingegeven door een standpunt dat, naar alle waarschijnlijkheid, buiten de processtukken en buiten de zitting om tot stand is gekomen.
Indien er inderdaad sprake is geweest van contact of invloed vanuit de zijde van de president of zijn kabinet tijdens de beraadslaging, dan is dat niet alleen onoorbaar, maar ook in strijd met de fundamentele beginselen van een onafhankelijke en onpartijdige rechtspraak.
Zelfs de schijn daarvan schaadt het vertrouwen in de rechtsstaat diepgaand.
In een democratische samenleving mag geen rechter zich laten leiden door externe druk of suggestie, en moeten beslissingen gebaseerd zijn op transparantie, hoor en wederhoor, en juridische toetsing.
Ook het argument dat documenten per 20 april afgerond moeten zijn om verkiezingen op 25 mei mogelijk te maken, houdt juridisch geen stand.
De directeur van BIZA zelf stelde eerder op de dag tegenover plaatselijke media dat het drukken van de stembiljetten was opgeschort in afwachting van de uitkomst van dit hoger beroep.
De rechter had de plicht om deze informatie mee te nemen, in plaats van enkel te varen op vage, zelfs als belachelijk te kwalificeren dreigingen die niet concreet zijn gemaakt, noch onderbouwd met enig bewijs.
Wanneer een Hof bewust beslist om een vaststaand onrecht te laten voortbestaan – zelfs na erkenning van de feiten – dan is de onafhankelijke rechtsbescherming ernstig aangetast. Dan is de democratie zelf de grootste verliezer.
Als fundamentele rechten ondergeschikt worden gemaakt aan politieke scenario’s, zelfs als die hypothetisch zijn, dan effent men de weg naar willekeur.
Niet DNL werd hier veroordeeld, maar het vertrouwen van de burger in het systeem.
Wat bovendien niet onbesproken mag blijven, is dat deze handelswijze van het Hof een uiterst gevaarlijk precedent schept.
Wanneer een rechter – al dan niet onder druk van machthebbers – besluit om feiten te erkennen maar geen rechtsherstel te bieden, dan ontstaat het risico dat toekomstige uitspraken eveneens politiek gestuurd of beïnvloedbaar worden.
Dit ondermijnt niet alleen het huidige vonnis, maar ook de geloofwaardigheid van het rechtssysteem als geheel. De burger mag nooit het gevoel krijgen dat rechtspraak afhankelijk is van wie er in het zadel zit.
DNL is bovendien rechtstreeks belanghebbende in deze zaak, en merkt dat met de uitsluiting van een rechtmatige kandidatenlijst niet alleen DNL als partij, maar ook de concurrentiepositie in het hele verkiezingsproces wordt geschaad.
Het schept een situatie waarin gevestigde machten ongestoord hun invloed behouden, terwijl kritische of nieuwe stemmen administratief worden uitgeschakeld.
Dit verstoort de gelijkheid van kansen tussen partijen en ondermijnt het vertrouwen van de burger in eerlijke verkiezingen.
DNL roept daarom niet alleen op tot herstel in deze zaak, maar ook tot nationale waakzaamheid.
Burgers moeten erop kunnen vertrouwen dat geen enkele rechter zich laat gebruiken of laten leiden buiten de rechtsorde om.
Het is onze democratische plicht als samenleving om zulke ontwikkelingen in de kiem te smoren.
DNL roept op tot herstel. Indien nodig moet de verkiezingsdatum verschoven worden, zodat alle rechtmatige kandidatenlijsten kunnen worden toegelaten.
Dit is niet slechts een kwestie van partijbelang, maar van rechtsorde en democratische legitimiteit.
Het volk moet weten: dit gaat niet alleen over DNL. Dit gaat over het fundament van onze samenleving.

S. King maakt deel uit van het freelance redactieteam van GFC Nieuws.
Voor contact: info@gfcnieuws.com of direct via WhatsApp.