DNL- voorzitter Mungra fileert Santokhi’s oliebeleid: ‘Het is pure misleiding’

mungra santokhi president DNL vhp

Op 21 november heeft de Surinaamse president Santokhi de Strategische Groep voor Olie- en Gasbeleid geïnstalleerd.

Dit is de zoveelste in een inmiddels lange reeks commissies en werkgroepen.

Deze groep, bestaande uit 30 deskundigen uit verschillende sectoren, is belast met het ontwikkelen van een beleidskader om ervoor te zorgen dat de winsten uit de olie- en gasindustrie goed worden beheerd en ten goede komen aan het hele volk, inclusief toekomstige generaties.

De leden van de groep zouden zijn gekozen op basis van hun kennis, integriteit en inzet voor het algemeen belang, maar volgens critici geldt dit niet voor alle genoemde namen.

Ir. Dharm Mungra, voorzitter van De Nieuwe Leeuw(DNL), beschouwt deze installatie als een absurde komedie en een show om de bevolking te misleiden. Dat laat hij aan GFC Nieuws weten.

Hij wijst erop dat de herschreven wet op het Suriname Stabilisatie Fonds (SSF) vrijwel alle checks and balances heeft verwijderd.

Het kas- en vermogensbeheer van de verwachte fondsen is overgeheveld van een onafhankelijk co-financieringsfonds naar de politiek beïnvloedbare Centrale Bank van Suriname (CBvS).

Deze bank heeft volgens hem tussen 2011 en 2015 meer dan 1,8 miljard Amerikaanse dollar laten verdampen, wat de basis legde voor regelmatige koersmanipulaties tot op heden.

Mungra noemt het aantrekken van 30 zogenoemde deskundigen om beleid te verzinnen voor de fondsen pure onzin.

De gemanipuleerde wet heeft de focus verlegd naar begrotingsstabilisatie, zonder vastgelegde percentages voor onderwijs, gezondheidszorg, KMO-sectorontwikkeling en klimaatbestrijding.

De conceptwet voor een onafhankelijk co-financieringsfonds, waarin deze zaken waren verankerd, is volgens hem genegeerd.

Hij adviseert president Santokhi om zich niet langer met deze kwestie te bemoeien en zich te richten op de huidige problemen en de verkiezingen.

Volgens Mungra is de president bezig de toekomst van komende generaties te verdoemen, en moet dit werk worden overgelaten aan een nieuwe regering.

Hij hoopt dat de Staatsraad, die de herschreven wet moet beoordelen, inziet dat verdere verslechtering moet worden voorkomen.

Hij benadrukt dat het zowel ongebruikelijk als onwenselijk is om zulke taken bij een groep zoals deze onder te brengen.

Hij stelt dat een goede wet, gecombineerd met onafhankelijke beheers- en controleorganen, veel effectiever zou zijn en transparantie zou garanderen.

De toevoeging van een grote, logge commissie zorgt volgens hem alleen maar voor stagnatie, bureaucratie en onoverzichtelijkheid.