INGEZONDEN- Het zal niemand ontgaan dat corruptie zowel internationaal als nationaal nauwlettend wordt gevolgd. Suriname staat helaas bekend om zijn corruptiepraktijken.
De laatste weken zijn er opnieuw meldingen van vermeende corruptiezaken die de resultaten van de recentelijk gepubliceerde Internationale Corruptie-index 2023 van Transparency International bevestigen.
Naar aanleiding hiervan hebben mijn advocatenkantoor in Nederland en ik besloten om onze analyse van de Anti-Corruptiewet te delen met het Surinaamse volk en de internationale gemeenschap, waarbij we deze vergelijken met een belangrijke zaak waarin het Openbaar Ministerie een standpunt inneemt.
CONTEXT
Als onderdeel van de TRIAS POLITICA – de scheiding der machten, waarbij wetgevende, uitvoerende en rechterlijke macht onafhankelijk van elkaar opereren – is de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht een cruciale voorwaarde voor een eerlijk proces en de rechtsstaat.
Onafhankelijke rechtspraak is niet alleen een recht van de rechter, maar ook een fundamenteel recht van de burger, zoals vastgelegd in de protocollen en gedragscodes voor rechters in Suriname.
Rechtsgeleerden benadrukken het belang van het legaliteitsbeginsel in het strafrecht, waarbij alleen datgene wat strafbaar is volgens de wet kan worden vervolgd.
Dit heeft betrekking op de Anti-Corruptiewet en het feit dat de aangevoerde artikelen uit de Bankwet geen strafbepalingen bevatten.
ANALYSE PAN AMERICAN-ZAAK
Er zijn concrete bewijzen dat de Anti-Corruptiewet, comptabiliteitswetten en wettelijke voorschriften zijn geschonden om de staat te benadelen en een particuliere rechtspersoon te bevoordelen.
Het PAN AMERICAN SCHANDAAL omvat een uitbetaling van bijna 8 miljoen USD aan een particuliere organisatie, zonder enige contractuele verplichting, openbare aanbesteding of geldige missive van de Raad van Ministers.
Deze handeling heeft de staat schade toegebracht en vormt een ernstige verstoring van de maatschappelijke rechtsorde, zoals parlementariërs / volksvertegenwoordigers ernstig verstoord zijn.
OPEN MARKET OPERATIONS (OMO)
Het is vastgesteld dat de rentevergoedingsafspraken tussen de Centrale Bank van Suriname en commerciële banken voor de OMO zeer nadelig zijn geweest voor de staat en de Centrale Bank van Suriname, wat heeft geleid tot aantoonbare negatieve gevolgen voor de economie en de koersontwikkeling.
De OMO-rentes zijn ten laste van de CBvS uitbetaald, waardoor de bank enorme verliezen heeft geleden en de solvabiliteit zwaar is aangetast.
CONCLUSIE
Internationale en nationale critici hebben het optreden van het Openbaar Ministerie in de landmark CBvS-case bekritiseerd, waarbij beleidskeuzes als strafbaar worden beschouwd, zelfs als ze buiten de taken van de Bankwet vallen.
Het is essentieel dat de Anti-Corruptiewet wordt toegepast in gevallen waarin de staat wordt benadeeld, zoals bij de zaken PAN AMERICAN en OMO.
Het is nu aan het Openbaar Ministerie om een duidelijke positie in te nemen.
Ofwel moeten ze daadkrachtig handelen en de Wet In Staat van Beschuldiging Politieke Ambtsdragers (WIPA) toepassen, ofwel moeten ze toegeven dat de Landmark-case een politieke vervolging was van beleid en beleidskeuzes van de uitvoerende macht, waarbij de Anti-Corruptiewet is misbruikt om politiek andersdenkenden te vervolgen.
Het is een complexe situatie waarin het Openbaar Ministerie zich heeft geplaatst door eigen handelen of nalaten.
L.G. Macnack
CEO LEGAL GENERAL SERVICES
Dit artikel betreft een ingezonden opiniestuk. Voor de publicatie van ingezonden artikelen hanteren wij specifieke voorwaarden. Voor vragen of meer informatie kunt u contact opnemen via info@gfcnieuws.com.
Let op: Publicatie van opiniestukken houdt niet in dat GFC Nieuws het eens is met de inhoud