Capaciteitsversterkingsproject moet toerisme Kwintigebied bevorderen

toerisme

GFC NIEUWSREDACTIE- De Surinaamse regering zet zich blijvend in voor de ontwikkeling van het Kwintigebied.

Een van de sectoren die het meest aandacht geniet, is het toerisme.

In dit kader wordt momenteel het ‘Kwinti Capaciteitsversterkingsproject door middel van toerisme’ uitgevoerd. Hierbij is er sprake van een gecoördineerde samenwerking tussen het Bureau Gemeenschapsprojecten (BGP) van het ministerie van Financiën en Planning, het commissariaat Boven-Coppename en de Stichting Matu Fuuta.

Beide dorpen waaruit het Kwintigebied bestaat, namelijk Kaaimanston en Witagron, zijn betrokken in het project.

Stichtingsvoorzitter Shaquille Van Throo vertelt dat dit project, dat in november 2022 van start is gegaan, in de tweede week van augustus wordt afgesloten middels een verkoopdag als toerismeactiviteit.

Bewoners uit het gebied die zijn getraind in toerisme, marketing en productie zullen dan hun producten en diensten verkopen c.q. promoten aan onder meer toeristen die via tourbedrijven het gebied aandoen.

Van Throo zegt dat er nu al van een succes gesproken kan worden. Hij benadrukt dat de mensen reeds over bepaalde kwaliteiten beschikten en dat vooral hun capaciteiten versterkt zijn.

“Het project houdt in dat we de mensen van het Kwintigebied dusdanig gaan versterken dat zij ook extra inkomsten hebben in de toerismesector”, verduidelijkt de stichtingsvoorzitter.

Het project is geïnitieerd door het commissariaat Boven-Coppename en ter financiering door districtscommissaris Erwin Linga ingediend bij het BGP.

De burgervader heeft vervolgens de stichting benaderd om het project in goede banen te leiden. De ongeveer 16 deelnemers zijn verder getraind in het samenwerken en het promoten van producten en diensten.

Zij hebben allemaal een certificaat in ontvangst mogen nemen. Het gaat om mensen die kwak, cassavebrood en dranksoorten produceren, maar ook zij die in inkomsten uit de visvangst of groenteteelt halen.

Tijdens de trainingen is ook in kaart gebracht wat de mensen nodig hebben voor hun productie. Het gaat volgens Van Throo ook erom dat het project na het vertrek van de organisaties die het hebben opgestart, wordt gecontinueerd.

De deelnemers zijn wat dit betreft zodanig toegerust dat zij in staat zijn er vervolg aan te geven. De stichting en het BGP hebben daarom ook de lokale coöperatie en tourbedrijven betrokken bij het project.

Daarnaast is er ook ondersteuning geweest van JECC Suriname; een consultancy bedrijf dat professionele en duurzame milieu, product en chemische adviezen biedt aan startende, kleine en middenklasse ondernemingen.