Bestuurskundige Van der San bekritiseert rancuneuze houding van de regering Santokhi

eugene van der san

Bestuurskundige Eugene van der San heeft scherpe kritiek geuit op de beslissing van de regering Santokhi om ex-president Desi Bouterse geen staatsbegrafenis te verlenen.

Van der San noemt de houding van de regering “middelmatig” en “beneden niveau”. Hij verwijst naar de opmerkingen die tijdens een persconferentie door Albert Ramdin werden gemaakt, waarin werd verklaard waarom Bouterse geen staatsbegrafenis zou krijgen.

Volgens Van der San is de beslissing van de regering niet in lijn met de regelgeving rond staatsbegrafenissen. “De regelgeving is duidelijk,” zegt Van der San aan LIM FM.

“De beslissing over een staatsbegrafenis is niet aan de regering om te maken”. Het is een aangelegenheid die volgens een besluit alleen geldt voor zittende presidenten, gewezen presidenten, en zittende of gewezen vicepresidenten die komen te overlijden.

De huidige regering heeft in 2022 overigens de wet uitgebreid met de toevoeging van gewezen vicepresidenten.

Van der San benadrukt verder dat de bevoegdheid om een beslissing te nemen over een staatsbegrafenis niet bij de president ligt.

“De president mag geen mening vormen over of een voormalige president al dan niet een staatsbegrafenis toekomt,” aldus Van der San.

“Alleen bij een begrafenis met staatseer kan het bevoegd gezag een mening hebben, als dit wordt aangevraagd door de familie. In dat geval kan de president uitleggen waarom het verzoek wel of niet wordt gehonoreerd.”

Bouterse’s democratische legitimiteit

Van der San gaat verder met de opmerking dat Bouterse niet één, maar twee keer president van Suriname is geweest. “Het gaat om het ambt van president, niet om de persoon Bouterse,” benadrukt hij.

“En bovendien, hoewel Bouterse veroordeeld is, was hij een democratisch gekozen president. Dit kan niet zomaar genegeerd worden, zeker niet door een regering die beweert de democratische waarden van het land te vertegenwoordigen.”

Politieke rancune

Van der San beschouwt de beslissing van de regering Santokhi als politiek gemotiveerd en een teken van rancune tegenover Bouterse. “Dit heeft weinig te maken met regelgeving en veel meer met politiek,” zegt hij.

“Het is jammer dat de regering haar energie besteedt aan dergelijke symboolpolitiek, in plaats van zich te richten op zaken die echt invloed hebben op het welzijn van het volk.”