Straatvuil legt pijnlijk bloot hoe diep de onverschilligheid zit in Surinaamse samenleving

afval gooien uit raam auto

Ik rijd door Paramaribo en zie hoe achteloos een plastic beker uit een rijdende auto wordt gegooid. Niemand die iets zegt.

Niemand die het vreemd vindt. Alsof het de normaalste zaak van de wereld is. En misschien is het dat ook geworden. Maar dat maakt het juist zo schrijnend.

Wat op het eerste gezicht lijkt op een klein, onbeduidend gebaar, zegt in werkelijkheid alles over hoe diep de onverschilligheid in onze samenleving geworteld zit.

We hebben ons er collectief bij neergelegd. Straatvuil is niet langer iets dat afkeuring oproept. Het is gewoon een decorstuk geworden in het dagelijks leven.

Maar het gaat niet om dat ene papiertje of die lege fles. Het gaat om wat het zegt over onze mentaliteit. Wie niet eens de moeite neemt om zijn afval weg te gooien op de juiste plek, toont een gebrek aan basale verantwoordelijkheid.

En precies die houding zie je terug op talloze andere plekken in onze samenleving.

We klagen over slechte dienstverlening, corruptie, traagheid en onkunde op alle niveaus. Maar zijn we bereid te erkennen dat het allemaal begint bij kleine, dagelijkse keuzes?

Als je het normaal vindt om je rotzooi achter te laten, hoe vanzelfsprekend is het dan om plichtsbesef te tonen op je werkplek? Om netheid, discipline of toewijding belangrijk te vinden?

De straat ligt vol, niet alleen met vuil, maar met signalen. Signalen van een maatschappij die zich steeds minder verantwoordelijk voelt voor het geheel.

Willen we echt vooruit, dan begint dat bij bewustwording, opvoeding én voorbeeldgedrag. Niet morgen. Vandaag.

Foto ter illustratie.