Toeristen in Suriname klagen soms dat Chinese winkeliers nauwelijks Nederlands of Engels spreken.
Ze vinden dat de winkeliers zich moeten aanpassen.
Maar GFC-lezer Bert Groeneweg, die al zes jaar in Suriname woont, ziet dat anders. Dat meldt hij in een mail naar onze redactie.
Volgens hem ligt het probleem niet alleen bij de winkeliers, maar ook bij de houding van klanten.
Bert merkt op dat Chinezen in Suriname vaak onbeschoft worden behandeld.
Klanten willen het allergoedkoopste en klagen vervolgens dat de producten ‘Chinese rommel’ zijn. Geen wonder, zegt hij, dat sommige winkeliers niet altijd even behulpzaam lijken.
Toch heeft hij zelf een heel andere ervaring. In Chinese houthandels wordt prima Engels gesproken, en een nieuwe generatie jonge Chinezen spreekt steeds beter Nederlands.
Volgens Bert helpt het enorm als klanten zelf ook een kleine stap zetten.
Een begroeting of bedankje in het Chinees kan al een groot verschil maken. Hij doet het zelf altijd en merkt dat hij daardoor vriendelijker wordt behandeld.
Zijn boodschap aan toeristen en inwoners? Verwacht niet alleen dat de ander zich aanpast.
Een klein beetje moeite kan de hele sfeer veranderen. En met Google Translate op je telefoon is dat makkelijker dan ooit.
Kong tsji foe tsjai! Gelukkig nieuwjaar, zoals Bert zou zeggen.
Foto ter illustratie.
Jennifer Atmo is de hoofdredacteur bij GFC Nieuws. Ze beschrijft zichzelf als een echte Surinamekenner en heeft een passie voor lifestyle en entertainment-onderwerpen. Buiten haar rol in de media is Atmo tevens de voorzitster van KIVC, een organisatie die zich inzet voor maatschappelijke zaken.
Voor contact: jennifer@gfcnieuws.com