Frustratie onder sociaal zwakkeren door problemen met Moni Karta

De speciale bankpas van de overheid de Moni Karta. Foto NII

Er heerst grote frustratie onder de sociaal zwakkeren in Suriname door aanhoudende problemen met de uitbetaling van sociale voorzieningen via de Moni Karta.

Dit blijkt uit de woorden van Mayra Finsy, voorzitter van de Bond van Ambtenaren bij Sociale Zaken.

Ze benadrukt dat klanten regelmatig het personeel van de afdeling Algemene Uitbetalingen Sociale Voorzieningen (AUSV) met scheldwoorden en verwijten overladen uit pure wanhoop. “Jullie hebben dat geld gestolen, toch?” is één van de veelgehoorde uitspraken waar het personeel mee te maken krijgt.

Voorheen vond de uitbetaling van sociale uitkeringen via AUSV plaats, maar sinds de introductie van de Moni Karta zijn de uitkeringen via dit systeem toegankelijk.

Toch blijven veel mensen, vooral als hun betalingen uitblijven of hun kaarten vervallen zijn, naar AUSV gaan in de hoop op een oplossing.

Wanneer het personeel hen doorverwijst naar de juiste afdeling, leidt dit vaak tot verbaal geweld. “Het personeel overwoog actie te voeren, maar ik heb hen weten te kalmeren,” aldus Finsy.

Het grootste probleem ligt bij het verlengen van de Moni Karta’s. Al maanden kunnen mensen hun geld niet opnemen omdat er geen materiaal beschikbaar is om de kaarten te vernieuwen.

Dit gebrek aan actie vanuit het ministerie zorgt voor toenemende frustratie onder de kwetsbare groepen, die afhankelijk zijn van deze voorzieningen.

Finsy vindt het onacceptabel dat er nog steeds geen oplossing is gevonden en dringt aan op alternatieve mogelijkheden.

“Het is niet genoeg om te zeggen dat er geen materiaal is,” zegt Finsy. “Er moeten alternatieven komen.”
Ze suggereert dat de sociaal zwakkeren tijdelijk hun geld per kas kunnen opnemen, en dat mensen met een visuele beperking een gemachtigde kunnen aanwijzen om dit voor hen te doen.

Een andere optie zou het heractiveren van vervallen kaarten kunnen zijn, waarbij de geldigheid van de kaart verlengd wordt. “Er zijn genoeg mogelijkheden, maar er moet actie worden ondernomen.”

De voorzitter roept de leiding van het ministerie op om snel in te grijpen en de problemen van deze kwetsbare groep op te lossen. “We kunnen deze mensen niet blijven laten wachten. Het is tijd voor daadkrachtige maatregelen.”