INGEZONDEN – In Suriname heeft de politieke dynamiek een zorgwekkende wending genomen, vooral zichtbaar in de activiteiten van president Chandrikapersad Santokhi en vicepresident Ronnie Brunswijk.
Wat opvalt, en zelfs als gevaarlijk kan worden beschouwd, is de strategische inzet van deze leiders in verschillende districten, afhankelijk van de etnische samenstelling van de bevolking.
Santokhi lijkt zich steeds vaker te begeven naar districten met een overwegend Hindoestaanse bevolking, terwijl Brunswijk zich richt op gebieden die voornamelijk door Marrons worden bewoond.
Deze strategie, hoewel mogelijk bedoeld om steun te mobiliseren, kan diepgaande negatieve gevolgen hebben voor de eenheid en ontwikkeling van het land.
Door het bewust kiezen van districten op basis van etniciteit, versterkt men niet alleen de bestaande scheidingen, maar creëert men ook nieuwe barrières tussen de verschillende bevolkingsgroepen.
In plaats van een nationaal integratiebeleid te bevorderen, lijken deze acties bij te dragen aan een verdere verhoging van de etnische verdeeldheid. Dit kan het sociaal weefsel van Suriname ondermijnen en de samenwerking en eenheid die essentieel zijn voor de nationale vooruitgang ernstig belemmeren.
Een ander zorgwekkend fenomeen is het openlijke tegenstrijdige optreden van de president en vicepresident. Het publiekelijk uitspreken van tegenstellingen en het boycotten van elkaars verworvenheden dragen niet bij aan een constructieve politieke cultuur.
Dit soort gedrag kan leiden tot een verslechtering van de publieke perceptie van de regering en het versterken van interne politieke conflicten, die op hun beurt kunnen leiden tot een afname van het vertrouwen in de overheid.
Bijzonder opmerkelijk was de afwezigheid van minister Dinotha Vorswijk en Brunswijk bij de verdeling van grondpapieren in Nickerie afgelopen weekend, terwijl Santokhi prominent aanwezig was.
Deze absenteïsme kan worden gezien als een gevolg van de aanhoudende aanvallen op de minister door de lokale bevolking van Nickerie. De afwezigheid van zowel de minister als de vicepresident kan worden geïnterpreteerd als een vorm van strategisch protest of een mislukte poging om politieke verdeeldheid te vermijden.
Het contrast werd extra benadrukt deze week tijdens de verdeling van grondpapieren in Paramaribo, een gebied met een aanzienlijke Marron-bevolking. Hier waren zowel Santokhi, Vorswijk, als Brunswijk aanwezig, wat de vraag oproept naar de motieven achter hun aanwezigheid op specifieke locaties.
Deze ontwikkelingen roepen dringende vragen op over de effectiviteit van het huidige leiderschap en de richting waarin Suriname zich beweegt.
Het is cruciaal dat de leiders van Suriname hun verantwoordelijkheden nemen om de eenheid van het land te bevorderen en een politiek klimaat te creëren dat de belangen van alle burgers dient, ongeacht hun etnische achtergrond.
Alleen door inclusieve en rechtvaardige beleidsmaatregelen kan Suriname zijn potentieel realiseren en een stevige basis leggen voor een harmonieuze en welvarende toekomst.
J. Mangru
Dit artikel betreft een ingezonden opiniestuk. Voor de publicatie van ingezonden artikelen hanteren wij specifieke voorwaarden. Voor vragen of meer informatie kunt u contact opnemen via info@gfcnieuws.com.
Let op: Publicatie van opiniestukken houdt niet in dat GFC Nieuws het eens is met de inhoud