In Suriname wordt het volk geconfronteerd met ongekende geldproblemen, waarbij de lasten van bezuinigingsmaatregelen zwaar wegen op veel burgers.
Te midden van deze moeilijke tijden rijst de vraag: zouden politieke leiders als Paul Somohardjo, Desi Bouterse en Ronnie Brunswijk hetzelfde beleid hebben gevoerd als de personen die het uiteindelijk voor het zeggen hebben?
Het is een gedurfde stelling, maar één die het overwegen waard is. Deze drie leiders, ondanks hun controversiële reputaties, hebben gedurende de jaren een zekere mate van empathie en betrokkenheid bij het Surinaamse volk getoond.
Ze hebben politiek bedreven waarin sociaal gevoel en zorg voor de gehele bevolking hoog in het vaandel stonden.
Een belangrijk aspect van hun leiderschap is het vermogen om te luisteren naar de stem van het volk en actie te ondernemen wanneer dat nodig was.
Ze hebben zich vaak gepositioneerd als verdedigers van alle zwakkeren, ongeacht hun etniciteit, en hebben maatregelen genomen om de lasten voor de burgers te verlichten, zelfs als dat politiek zeer riskant was.
In vergelijking daarmee lijkt het huidige leiderschap onder president Chan Santokhi tekort te schieten in empathie en daadkracht.
Hoewel zijn saneringsmaatregelen aanvankelijk werden gepresenteerd als noodzakelijke stappen om de economie te stabiliseren, lijkt hij nu pas de ernst van de gevolgen voor de bevolking te erkennen.
Het is begrijpelijk dat moeilijke beslissingen soms onvermijdelijk zijn, maar de manier waarop ze worden uitgevoerd en de impact op de bevolking zijn van groot belang.
Santokhi, hoe goed zijn bedoelingen ook waren, lijkt te hebben nagelaten om voldoende rekening te houden met de kwetsbaarsten in de samenleving, waardoor velen nu lijden onder financiële ontberingen.
In deze context kunnen we niet anders dan ons afvragen hoe Somohardjo, Bouterse en Brunswijk zouden hebben gehandeld.
Ondanks hun tekortkomingen hebben ze altijd een zekere mate van toewijding aan het welzijn van het Surinaamse volk getoond.
Het is aannemelijk dat ze alternatieve benaderingen zouden hebben gezocht om de economische problemen aan te pakken, met veel meer nadruk op het minimaliseren van de negatieve impact op de burgers met een zwakke beurs.
Kortom, terwijl het huidige leiderschap worstelt met de gevolgen van haar beleid, blijft de vraag rijzen of de andere leiders, met hun sociaal gevoel en betrokkenheid, een betere koers hadden gevaren.
Het is een complex vraagstuk, maar één dat het waard is om te overdenken in het belang van het Surinaamse volk.
C. Wallerlei
Dit artikel betreft een ingezonden opiniestuk. Voor de publicatie van ingezonden artikelen hanteren wij specifieke voorwaarden. Voor vragen of meer informatie kunt u contact opnemen via info@gfcnieuws.com.
Let op: Publicatie van opiniestukken houdt niet in dat GFC Nieuws het eens is met de inhoud