Controversiële grondconversie in Suriname

Grond aarde perceel

OPINIE – In Suriname heeft de ontwikkeling rondom de conversie van domeingrond naar eigendom geleid tot verdeeldheid binnen de Staatsraad en de Nationale Assemblee.

Het negatief advies van een aanzienlijk deel van de Staatsraad roept belangrijke vragen op over de wijze waarop deze kwestie wordt aangepakt en de mogelijke gevolgen ervan voor de bevolking en het politieke landschap van het land.

Allereerst verdient de mening van Staatsraadslid Hesdy Pigot (NPS) erkenning, aangezien hij als voortrekker van het negatieve advies heeft gefungeerd.

Zijn documentatie van bezwaren tegen het Staatsbesluit toont aan dat er zorgvuldige overwegingen zijn gemaakt voordat dit advies werd uitgebracht. Dit onderstreept het belang van een grondige analyse en verantwoording bij het nemen van belangrijke beslissingen met betrekking tot nationale grondhervorming.

Het feit dat de NDP, het bedrijfsleven, de BEP en de vakbeweging tegen het Staatsbesluit hebben gestemd, met de ABOP die afwezig was, en alleen de VHP-leden die vóór stemden, benadrukt de polarisatie rondom deze kwestie. Dit roept vragen op over de brede acceptatie van het beleid binnen het parlement en de noodzaak van een inclusievere aanpak bij het nemen van beslissingen met betrekking tot nationale hervormingen.

Een van de meest in het oog springende bezwaren betreft de prijs van SRD 25 per vierkante meter voor de grondconversie. Dit roept vragen op over de betaalbaarheid en de eerlijke verdeling van grondbezit in het land.

Het is essentieel dat dergelijke beslissingen rekening houden met de belangen van zowel kapitaalkrachtige individuen als degenen met beperkte financiële middelen om ervoor te zorgen dat grondbezit niet geconcentreerd raakt in de handen van weinigen.

Het argument van sommige oppositieleden dat de regering De Nationale Assemblee probeert te omzeilen door de grondconversie via een Staatsbesluit door te drukken, onderstreept de noodzaak van transparantie en openbaar debat bij het nemen van dergelijke ingrijpende beslissingen. Het parlement moet een centrale rol spelen bij het vaststellen van beleid dat de belangen van de bevolking weerspiegelt.

Het feit dat een initiatiefwet is ingediend om zaken beter te regelen en dat sommige oppositieleden nog steeds de voorkeur geven aan behandeling in De Nationale Assemblee, suggereert dat er alternatieve benaderingen beschikbaar zijn om deze kwestie aan te pakken. Dit roept de vraag op of de regering voldoende rekening houdt met de diverse standpunten en belangen die in het spel zijn.

Tot slot, het standpunt van Assembleelid Edgar Sampie (ABOP/PL) dat de haast om grondconversie via een Staatsbesluit door te drukken niet in het belang van de kleine man is, benadrukt het belang van een evenwichtig beleid dat zowel economische groei als sociale rechtvaardigheid bevordert.

Het is van cruciaal belang dat de regering luistert naar dergelijke zorgen en zorgt voor een breed gedragen aanpak die de belangen van alle Surinamers dient.

R. Stugard

DISCLAIMER: Publicatie van opiniestukken houdt niet in dat GFC het eens is met de inhoud